In onderstaande tabel zijn de kortlopende vorderingen weergeven volgende de voorgeschreven onderverdeling naar vorderingen op overheidslichamen, rekening-courant verhoudingen en overige vorderingen.
Bedragen * € 1.000 | ||||
|---|---|---|---|---|
Uitzettingen < 1 jaar | Nominaal bedrag | Voorziening oninbaarheid | Boekwaarde | Boekwaarde |
Vorderingen op openbare lichamen | ||||
Belastingdienst | 6.382 | 0 | 6.382 | 5.674 |
Overige openbare lichamen | 968 | 0 | 968 | 408 |
Subtotaal | 7.350 | 0 | 7.350 | 6.082 |
Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rente-typische looptijd korter dan één jaar | ||||
Schatkistbankieren | 0 | 0 | 0 | 0 |
Subtotaal | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige vorderingen | ||||
Bijstandsvorderingen WWB | 314 | -181 | 133 | 162 |
Bijstandsvorderingen BBZ/IOA | 21 | -17 | 4 | 5 |
Belastingaanslagen | 1.889 | -58 | 1.831 | 232 |
Overige vorderingen | 2.140 | -287 | 1.853 | 3.992 |
Subtotaal | 4.364 | -543 | 3.821 | 4.391 |
Totaal | 11.714 | -543 | 11.171 | 10.473 |
Vorderingen op openbare lichamen
De vorderingen op openbare lichamen in 2022 bestaan voor € 6,5 mln. uit vorderingen op het BCF compensatiefonds en de Belastingdienst. Het restant van € 1,0 mln. heeft betrekking op vorderingen op Ministeries, Provincies, Gemeenten en Waterschappen.
Overige vorderingen
Bijstandsvorderingen
De bijstandsvorderingen bedragen per 31 december 2022 € 335.000 (2021: € 714.000) , waarvan € 198.000
( 2021: € 548.000 ) als oninbaar is voorzien.
Belastingaanslagen
Van de opgelegde belastingaanslagen staat ultimo 2021 nog een bedrag van € 1,9 mln. (2021: € 327.000) open. Middels de voorziening oninbare debiteuren is een bedrag op genomen van € 58.000 (2021: € 95.000) voor deze belastingvorderingen. De reden voor de toename ten opzichte van vorig jaar, is omdat door een wijziging in de berekening van de WOZ-waarde de aanslagen later zijn opgelegd in het jaar. De automatische incasso is pas gestart vanaf het moment van opleggen. Hierdoor staan er veel meer termijnen open per jaareinde dan normaal gesproken.
Overige vorderingen
De overige vorderingen betreffen de openstaande vorderingen die niet toe te rekenen zijn aan een van bovenstaande categorieën. De post bestaat uit heel veel afzonderlijke posten. De omvangrijke openstaande posten worden nauwlettend in de gaten gehouden en apart voorzien indien nodig. De totale voorziening voor oninbaar bedraagt voor deze posten € 287.000 ( 2021: € 136.000 ).
In de onderstaande tabel wordt de benutting van het drempelbedrag schatkistbankieren weergegeven. Het drempelbedrag bepaalt het saldo overtollige liquide middelen dat de gemeente op de eigen bankrekeningen mag aanhouden. Alle middelen boven dit bedrag moeten worden ondergebracht in de schatkist bij het Rijk.
Bedragen * € 1.000 | |||||
|---|---|---|---|---|---|
Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren | Verslagjaar 2022 | ||||
(1) | Drempelbedrag | 1.844 | |||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(2) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | 70 | 132 | 125 | 71 |
(3a) = (1) > (2) | Ruimte onder het drempelbedrag | 1.774 | 1.712 | 1.719 | 1.773 |
(3b) = (2) > (1) | Overschrijding van het drempelbedrag | 0 | 0 | 0 | 0 |
(1) Berekening drempelbedrag | Verslagjaar 2022 | ||||
(4a) | Begrotingstotaal verslagjaar | 92.177 | |||
(4b) | Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen | 92.177 | |||
(4c) | Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat | 0 | |||
(1) = (4b)*0,02 + (4c)*0,002 met een minimum van €1.000.000 | Drempelbedrag | 1.844 | |||
(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | |||||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(5a) | Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil) | 6.282 | 12.040 | 11.539 | 6.553 |
(5b) | Dagen in het kwartaal | 90 | 91 | 92 | 92 |
(2) - (5a) / (5b) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | 70 | 132 | 125 | 71 |