Jaarverslag

Paragrafen

Uitgangspunten rechtmatigheidsverantwoording

De basis van de rechtmatigheidsverantwoording is een door het college vastgesteld organisatiebreed controleplan over 2022. Deze is door de functionaris verbijzonderde interne controle (VIC) tot uitvoering
gebracht. Hierbij heeft tussentijds overleg plaatsgevonden met de externe accountant, zodat de werkzaamheden ook optimaal bruikbaar zijn voor de externe accountantscontrole.

De kaders voor de rechtmatigheidscontrole zijn vastgelegd in het controleprotocol en bijbehorend normenkader. Deze zijn formeel vastgesteld door de raad op 24 november 2022. Hierin is ook de rapporteringsgrens vastgesteld op € 250.000.  

Binnen de rechtmatigheidsverantwoording wordt onderscheid gemaakt tussen afwijkingen, fouten en onduidelijkheden en begrotingsonrechtmatigheden (kadernota rechtmatigheid 2022).

Misbruik en oneigenlijk gebruik (M&O)

Door middel van controle kan gesignaleerd worden of er sprake is van misbruik en oneigenlijk gebruik. De
interne beheersing richt zich op het toetsen van de door de belanghebbenden verstrekte gegevens. De afdeling die bepaalde regelgeving uitvoert, dient te beoordelen of en in hoeverre de door derden versterkte gegevens voldoende betrouwbaar zijn. Dit soort beoordelingen moeten deel uitmaken van de werkprocessen. Bij het uitvoeren van het organisatiebrede controleplan is vastgesteld dat voor de meest risicovolle processen
(subsidieverstrekking & sociale uitkeringen) voldoende beheersmaatregelen aanwezig zijn binnen de processen
om M&O tegen te gaan. Daarnaast is op basis van deelwaarnemingen vastgesteld dat deze maatregelen ook
worden uitgevoerd.

Niet naleven wetgeving

Bij de interne controle is het voorwaardecriterium getoetst voor de relevante financiële beheershandelingen.
Hierbij is voor de op basis van risicoanalyse geselecteerde transacties vastgesteld dat transacties in
overeenstemming met het normenkader tot stand zijn gekomen en de verantwoorde bedragen rechtmatig zijn.
Bij de uitgevoerde controles op het voorwaardecriterium zijn onrechtmatigheden geconstateerd op het gebied
van Europese aanbesteding. Het totaalbedrag van bestedingen in 2022 van onrechtmatig aanbestede
contracten, bedraagt € 241.000. De belangrijkste onrechtmatigheden waren vooraf al bekend, en hebben
betrekking op de contracten met leveranciers voor verschillende softwarepakketten. Het rechtmatig
aanbesteden van deze software is gelet op de impact voor de organisatie en de inspanning die noodzakelijk is
voor het aanbestedingstraject, tot op heden nog niet gelukt. Hieronder in de subparagraaf 'verbeterplan' is
beschreven welke maatregelen de gemeente tot op heden heeft genomen en voornemens is te nemen om de
onrechtmatigheden op te lossen en te voorkomen.

Overige bevindingen die tijdens de controle zijn geconstateerd, die geen invloed hebben op het oordeel omtrent de financiële rechtmatigheid maar wel benoemd worden als verbeterpunten:

  • Het vaststellen van de identiteit voor WMO en Jeugd wordt niet consequent vastgelegd.Dit is vanuit wet- en regelgeving een expliciete vereiste.
  • De vastlegging van prestatielevering voor ingekochte zaken vindt niet altijd consequent plaats en behoeft verbetering.

Begrotingsonrechtmatigheden

Bij de rechtmatigheidscontrole vormt het begrotingscriterium een belangrijk toetsingscriterium. In de
toelichting op het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado) wordt de begrotingsrechtmatigheid als volgt omschreven:

“Financiële beheershandelingen, die ten grondslag liggen aan de baten en lasten, alsmede de balansposten, dienen tot stand te zijn gekomen binnen de grenzen van de geautoriseerde begroting en hiermee samenhangende programma’s (begrotingscriterium). In de begroting zijn de maxima voor de lasten vermeld die door de Raad zijn vastgesteld. Dit houdt in dat de financiële beheershandelingen dienen te passen binnen de begroting, waarbij het juiste programma, de toereikendheid van het begrotingsbedrag, evenals het begrotingsjaar van belang zijn.”

Binnen dit kader is een aantal verschillende soorten begrotingsoverschrijdingen te onderscheiden. Bij de
toetsing van begrotingsafwijkingen tellen niet alle overschrijdingen mee voor het accountantsoordeel. In de
tabel aan het einde van dit hoofdstuk is weergegeven op welke programma's sprake is van een overschrijding.

Bij de lastenoverschrijdingen is aangegeven (indien mogelijk) wat hoofdzakelijk de oorzaak is van de overschrijding op programmaniveau en aangegeven of deze wel of niet meetelt voor het rechtmatigheidsoordeel.

Begrotingsrechtmatigheid op programma's

Begroting

Realisatie

Verschil

Overschr. last/bat

Programma 1 Bestuur

Lasten

-2.323

-2.318

5

NEE

Baten

34

350

316

NEE

Totaal programma 1

-2.289

-1.968

321

Programma 2 Publiek, veiligheid en JZ

Lasten

-5.726

-5.687

40

NEE

Baten

485

462

-22

JA

Totaal programma 2

-5.242

-5.224

18

Programma 3 Ruimtelijke ontwikkeling

Lasten

-7.523

-9.592

-2.069

JA

Baten

7.052

8.043

992

NEE

Totaal programma 3

-472

-1.549

-1.077

Programma 4 Ruimtelijk beheer

Lasten

-18.999

-18.727

272

NEE

Baten

11.918

11.770

-148

JA

Totaal programma 4

-7.082

-6.958

124

Programma 5 Sociaal domein/samenleving

Lasten

-45.918

-46.551

-633

JA

Baten

12.662

16.288

3.627

NEE

Totaal programma 5

-33.256

-30.263

2.994

Programma 6 Financiën en alg dekkingsmiddelen

Lasten

-1.794

-2.066

-273

JA

Baten

66.733

66.356

-377

JA

Totaal programma 6

64.939

64.290

-649

Totaal programma's

16.599

18.328

1.729

VPB Lasten / Baten

20

21

1

NEE

Overhead Lasten

-13.930

-14.096

-166

JA

Overhead Baten

50

248

198

NEE

Toevoegingen reserves      Lasten

-10.255

-7.639

2.617

NEE

Onttrekkingen reserves      Baten

8.106

7.066

-1.040

JA

Totaal Generaal

591

3.929

3.339

Batenonderschrijdingen
In de tabel is aangegeven dat bij diverse programma's sprake is van een onderschrijding op baten. Deze worden niet verder toegelicht, aangezien hier geen sprake is van een issue voor begrotingsonrechtmatigheid. Het begrotingscriterium ziet toe op overschrijdingen van uitgaven, aangezien het budgetrecht van de raad hierbij in het geding is. Wij verwijzen naar de toelichtingen per programma voor nadere informatie omtrent significante mutaties in het productsaldo.

Lastenoverschrijding programma 3

De lastenoverschrijding op programma 3 hangt samen met de verantwoording van de grondexploitatie. In de raming is met een negatieve verrekenpost rekening gehouden van € 4,5 mln. De accountant heeft aangegeven dat deze aan de baten kant geboekt dient te worden. De werkelijke boeking is aan de baten kant geboekt, terwijl de begroting niet meer aangepast kan worden. Feitelijk is dus sprake van een onderschrijding op baten, in plaats van een overschrijding op lasten. Derhalve telt deze overschrijding niet mee voor het rechtmatigheidsoordeel.

Lastenoverschrijding programma 5

De lastenoverschrijding op programma 5 wordt veroorzaakt door forse overschrijdingen op de Jeugd en Wmo maatwerkdienstverlening van in totaal zo'n € 1,7mln.. Voor de maatwerkdienstverlening geldt een open einde regeling, waardoor deze niet meetelt voor het rechtmatigheidsoordeel. Als deze overschrijdingen buiten beschouwing worden gelaten, is op programmaniveau geen sprake meer van een overschrijding maar een onderschrijding.

Lastenoverschrijding programma 6
De overschrijding op de lasten wordt veroorzaakt binnen het product overige baten en lasten. Hierop worden bij de jaarafsluiting de zaken verantwoord die niet specifiek aan een product zijn toe te rekenen. In 2022 was er een onvoorziene mutatie op de dubieuze debiteuren van € 114.000. Deze wordt jaarlijks berekend en was derhalve niet te voorzien in het begrotingsproces. Daarnaast is er een afrekening van de Seinpaal over de jaren 2019-2021 van in totaal rond de € 120.000. Deze zaken tellen niet mee voor het eindoordeel rechtmatigheid vanwege de aard van deze overschrijdingen.

Lastenoverschrijding overhead
De overschrijding op de overhead van € 166.000 wordt veroorzaakt door overschrijding van personele uitgaven. De overschrijding wordt gecompenseerd door hogere baten binnen hetzelfde product, ook veroorzaakt door personele baten als gevolg van zwangerschapsuitkeringen en dergelijke. Aangezien hier geen directe relatie bestaat telt de overschrijding mee voor het rechtmatigheidsoordeel.  

Bedragen * € 1.000

Cumul.

Cumul.

Verschil

Onrecht-

Note

Begrotingsrechtmatigheid op investeringen

Raming

Uitgaven

matig?

31-12-2022

31-12-2022

710036100

VK Purmer

425.000

426.471

-1.471

Ja

701006900

Asfalteren Julianaweg

1.180.000

2.501.777

-1.321.777

Nee

1

705035600

Aankoop grond Kindcentrum Broeckgouw

478.000

478.108

-108

Nee

2

705033400

Gymsport Inrichting

62.268

76.673

-14.405

Nee

3

708015600

Gymsportcentrum Volendam Bouw

250.000

428.360

-178.360

Nee

3

710035200

VK Lange Weeren

201.000

211.968

-10.968

Ja

710046800

Landingsmat polsstokhoogspringen AV Edam

15.000

15.075

-75

Ja

705030200

Opperdam: Vervangen tribune

235.000

263.723

-28.723

Ja

705015000

Glijbanen Zwembad De Waterdam

298.000

300.072

-2.072

Ja

701031100

Overname Electrotruck Melex Cargo

29.395

29.583

-188

Ja

703005200

Informatiestrategieplan tranche 2017

301.000

316.973

-15.973

Nee

4

710046900

FC Volendam: verv warmteboiler kleedruimte

16.000

16.865

-865

Ja

710047200

Plaatsen laadpalen Mgr. Veermanlaan

-

30.173

-30.173

Nee

5

Totaal

3.490.663

5.095.821

-1.605.158

Sub 1:
De kredieten 701006900, 701023000 en 701023100 dienen in gezamenlijkheid te worden beoordeeld. Dit betreft één project dat administratief gezien is gesplitst in deelnummers. Dit telt derhalve niet mee in het rechtmatigheidsoordeel.

Sub 2:
De kredieten 705035600 en 704024300 dienen in gezamenlijkheid te worden beoordeeld. Dit betreft één project dat administratief gezien is gesplitst in deelnummers. Dit telt derhalve niet mee in het rechtmatigheidsoordeel.

Sub 3:
De kredieten 705033300, 708015600, 708015601 en 705033400 dienen in gezamenlijkheid te worden beoordeeld. Dit betreft één project dat administratief gezien is gesplitst in deelnummers. Dit telt derhalve niet mee in het rechtmatigheidsoordeel.

Sub 4:
De kredieten 703005200, 703005300 en 703005400 dienen in gezamenlijkheid te worden beoordeeld. Dit betreft het opsplitsen van het informatiestrategieplan in jaarlagen.

Sub 5:
De begroting 2023 is begin november 2022 vastgesteld. Hier is krediet toegekend voor desbetreffend project. In 2022 zijn reeds wat voorbereidende werkzaamheden verricht voor deze zaken. Dit telt niet mee in het rechtmatigheidsoordeel.

Bedragen * € 1.000

Bedrag

Bedrag dat meetelt

Conclusie analyse rechtmatigheid

onrechtmatigheid

in oordeel

Onrechtmatigheid op europese aanbesteding 2022

241.210

241.210

Begrotingsonrechtmatigheid op programma's

3.141.000

166.000

Begrotingsonrechtmatigheid op investeringen

1.605.158

44.362

Totaal

4.987.368

451.572

Tolerantie fouten maximaal 1% van de totale lasten

1.066.553

Tolerantie onzekerheden maximaal 3% van de totale lasten

3.135.319

Rapportagetolerantie accountant 25%

266.638

Rapportagetolerantie paragraaf Bedrijfsvoering

50.000

De goedkeuringstolerantie die is vastgesteld in het controleprotocol is 1% van de totale lasten.

De rapportagetolerantie voor de paragraaf Bedrijfsvoering is in het controleplan vastgesteld op € 50.000

Hierna volgt een opsomming van individuele bestedingen, in gezamenlijkheid boven de rapportagetolerantie.

Bedrag 2022

Software leverancier A

48.268

Software leverancier B

79.232

Inzameling glas

46.092

Telefonie

67.618

241.210

Onzekerheden

Binnen het sociaal domein wordt de zorg in natura bij WMO en Jeugd verricht door diverse leveranciers. Deze
leveranciers leggen jaarlijks verantwoording af aan de gemeente over de geleverde prestaties. De externe accountant van de leverancier controleert in veel gevallen deze verantwoording en geeft hierbij een controleverklaring af. Dit is voor de gemeente momenteel het enige controlemiddel ten aanzien van prestatielevering. Kleinere leveranciers zijn in veel gevallen echter niet controleplichtig, waardoor voor deze zaken geen controleverklaring op te leveren is. Momenteel is er binnen de gemeente zelf geen beleid omtrent
het zelfstandig controleren van prestatielevering. De activiteiten die wel plaatsvinden (bijv. enquête) geven te weinig zekerheid op klant en leveranciersniveau, maar zijn slechts indicatief voor het grotere geheel. Door de
diversiteit aan contractafspraken, is het ook lastig om hier beleid op te formuleren, dat uitvoerbaar is en waarvan de te leveren inspanning in verhouding staat tot het risico. Tot op heden heeft de gemeente de
onzekerheden geaccepteerd. We hopen in de toekomst met data-analyse meer risico-gerichte benadering te
kunnen hanteren voor de controle op dit soort aspecten. Het totaal van de verantwoorde lasten, waaraan geen productieverklaring of andersoortig controlebewijs voor kan worden aangeleverd bedraagt in 2022 € 1,4 mln. (2020: € 1.9 mln.)

Verbeterplan

De hierboven beschreven geconstateerde afwijkingen op het gebied van rechtmatigheid zijn niet onverwacht.
De externe accountant heeft tot en met boekjaar 2019 een beperking op rechtmatigheid afgegeven, in verband
met de aanbestedingsonrechtmatigheid. Begrotingsoverschrijdingen zijn vaak het gevolg van omstandigheden
die zich pas na afsluiting van een boekjaar voordoen. De onzekerheden met betrekking tot rechtmatigheid
binnen het sociaal domein, hangen samen met de problematiek rondom prestatielevering, daar waar de
gemeente puur als financier functioneert.

Ten aanzien van aanbestedingsonrechtmatigheid heeft het college al de nodige stappen gezet de afgelopen
jaren. Zo is een aparte sectie inkoop opgezet, die initieel volledig werd bezet door externe medewerkers. Deze
hebben een start gemaakt met een inhaalslag op de aanbestedingen, waardoor de totale onrechtmatigheid is
gezakt tot beneden de 1% Dit is de grens die in het normenkader is gesteld. De afdeling is inmiddels volledig
door eigen medewerkers bezet. Voor aanbestedingen zijn vaste procedures opgezet en er is binnen de
organisatie meer draagvlak voor Europees aanbesteden gecreëerd. Voor de nog onrechtmatige contracten zijn
concrete plannen aanwezig, waarbij de meeste van deze contracten met ingang vanaf 1 januari 2024 ook op
de juiste wijze zijn aanbesteed. Om de aanbestedingsrechtmatigheid in de toekomst te kunnen blijven
borgen, wordt gewerkt met een aanbestedingskalender. Het implementeren van een organisatiebreed contractenregister wordt in 2023 gezamenlijk opgepakt met de aanbesteding van de financiële administratie, waardoor het in 2024 operationeel zal zijn.

Ten aanzien van begrotingsonrechtmatigheid wordt vanaf 2021 gewerkt met periode-afsluitingen, waarbij ook
een tussentijdse managementrapportage wordt opgesteld. Op basis van deze rapportage wordt de uitputting
van de begroting tussentijds gemonitord en kunnen eventuele overschrijdingen tijdig worden voorzien of
gesignaleerd. In dit proces is ook aandacht voor verstrekte kredieten en de uitputting hiervan. De samenwerking binnen financieel beheer en financieel beleid is afgelopen jaar verder versterkt, wat ook het
risico op begrotingsonrechtmatigheid verkleint. Een van de onderdelen die nog aandacht behoeft is het budgetbeheer binnen de afdelingen. Deze rol wordt momenteel op een relatief informele wijze vervuld, en zou
wat formalistischer ingestoken kunnen worden om het risico verder terug te dringen. De prestatielevering binnen het sociaal domein is in 2022 actief opgepakt door een extern bureau onderzoek te laten uitvoeren naar de prestatielevering. Helaas waren de uitkomsten controletechnisch niet bruikbaar om te extrapoleren en daarmee de onzekerheden voor de jaarrekening terug te dringen. De gemeente blijkt zoeken naar methodes om meer zekerheid te krijgen omtrent prestatielevering, echter het blijft lastig om als gemeente zicht te hebben op de prestaties die de leveranciers aan de burgers leveren.

Fraude

In het controleplan is sprake van een passieve onderzoeksplicht met betrekking tot fraude. Dit houdt in dat niet
wordt gezocht naar fraude, maar indien sprake is van aanwijzingen tot fraude, deze nader onderzocht moeten
worden. In de gemeentebrede risico-analyse die in het kader van het controleplan is uitgevoerd, is indirect ook
aandacht besteed aan frauderisico's. Hierbij is niet alleen aandacht geweest voor het risico op fraude door
derden zoals hierboven beschreven bij M&O, maar ook voor frauderisico's door één of meerdere personen
binnen de gemeente zelf.

Binnen de processen zijn voldoende maatregelen aanwezig om materiële fraudes te voorkomen dan wel te
detecteren. In 2022 zijn bij de controle daarnaast geen aanwijzingen voor fraude gevonden.

Concern control heeft begin 2023 een organisatiebrede frauderisicoanalyse vanuit de organisatie opgesteld en besproken in het MT. De frauderisicoanalyse zal ter informatie met College en Commissie gedeeld worden.

Deze pagina is gebouwd op 07/20/2023 13:54:27 met de export van 07/20/2023 13:10:07